Deze handleiding beschrijft de basis van het draadloos netwerken met de Mac. Het is geschreven door een amateur, maar zou je een redelijk beeld moeten geven van wat je nodig hebt om je eigen draadloze netwerkje te maken en bestanden te delen en te internetten via Wifi.
Heb je aanvullingen of verbeteringen? Stuur ze dan ajb. in een Persoonlijk Bericht naar mij, dan verander ik het. Zo blijft het lekker overzichtelijk voor de mensen die dit lezen.
over standaarden
Wifi (een andere naam voor draadloos netwerk) bestaat in twee standaarden. Deze verschillen alleen in snelheid. Tegenwoordig is er de 802.11g standaard. Apple noemt dat Airport Extreme. Hij is ongeveer 5x zo snel als de oude standaard, 802.11b (Apples gewone Airport). Voor de rest werken ze prima samen. Ook met pcs kun je zonder problemen communiceren. Het is een wereldwijde afspraak die geldt voor elke soort computer.
Het enige waar je rekening mee moet houden is dat als oude en nieuwe apparaten samenwerken, ze meestal werken op de snelheid van de langzaamste. Het heeft dus geen zin om een enkel onderdeel van je draadloze netwerk snel te maken en de rest langzaam te houden. Overigens, ook de oude standaard is snel genoeg om lekker mee te internetten. Je merkt het verschil alleen als je bijvoorbeeld grotere bestanden gaat overzetten van de ene naar de andere computer.
802.11b is inmiddels bijna overal vervangen door 802.11g. De nieuwe standaard is ook niet echt duurder. Neem dus waar dat mogelijk is de nieuwe (Airport Extreme in Apple termen). Enkel bij oudere computers die het niet aankunnen zul je het oude systeem moeten gebruiken.
netwerkkaartjes
Elke computer waar je draadloos mee wilt werken (internetten of bestanden delen met andere computers) moet voorzien zijn van een netwerkkaartje (wlan-card, wlan staat voor wireless lan = draadloos netwerk). Voor Apple computers zijn dat de Airport kaartjes. Voor pc-laptops heb je een pcmcia-kaartje nodig (die past meestal in het sleufje aan de zijkant van de laptop). Voor pc-desktops kun je een kaartje inbouwen of een usb-apparaatje kopen dat je computer met het draadloze netwerk verbindt. De pc-winkel kan je er meer over vertellen.
Zoals gezegd, neem gewoon een 802.11g kaartje tenzij dit niet kan. Dit geldt met name voor Macs ouder dan ongeveer 2 jaar. Die moeten vaak een Airport kaartje in plaats van Airport Extreme.
simpel netwerken
Met de kaartjes geinstalleerd kun je al draadloos netwerken. De computers kunnen onderling contact maken en bestanden uitwisselen. Ook internet delen is mogelijk. Als een van de computers een vaste internet-aansluiting heeft, kun je deze zo instellen dat hij het internet deelt met de andere computers, via de draadloze verbinding. Het nadeel is dat die ene computer dan altijd aan moet staan om het internet door te geven.
Ook bestanden delen of bijvoorbeeld iTunes muziek van andere machines afspelen is nu al mogelijk. Zie verderop voor wat informatie over de instellingen die je moet maken.
basisstations
Het handige van draadloos internetten is natuurlijk dat je niet een machine hoeft te hebben die steeds aanstaat. Daarvoor gebruik je een basisstation. Dit is een los apparaatje die een netwerksignaal omzet in een draadloos signaal.
Heb je al een adsl- of kabelmodem dat via een netwerkkabel aan je computer zit? Dan kun je de netwerkkabel uit je computer halen en in het basisstation steken. En hup, je hebt draadloos internet. Heb je een adsl- of kabelmodem dat via USB aan je computer zit, dan zul je een nieuw modem moeten kopen (lees verder).
Er zijn allerlei basisstations met verschillende functionaliteit. Sommige hebben meteen een modem ingebouwd en de meeste maken het ook mogelijk om via het basisstation vaste computers aan te sluiten (via een draadje dus). Zoek dus het apparaat dat aansluit bij wat je nodig hebt.
Als je al een modem hebt, neem dan een wlan-router. Deze neemt het netwerk-signaal van de modem en zet het om in een draadloos signaal. Daarbij verdeelt hij het ook nog over de vaste aansluitingen (meestal 4) van het apparaat. Zodat je je desktop machine nog steeds met een draadje kunt verbinden.
Als je nog geen modem hebt, neem dan een wlan-modem-router. Dat is hetzelfde apparaat als zojuist omschreven, maar dan met ook nog een modem ingebouwd. Dit is dus echt een alles-in-een oplossing.
Heb je al een zogeheten multi-pc-modem (waar je reeds meerdere computers op aan kunt sluiten), of wil je geen computers meer via een draadje op je modem aansluiten, dan kun je volstaan met het simpelste basisstation dat niets meer doet dan een enkele netwerk-aansluiting omzetten in een draadloos signaal.
Airport
Hoe passen nu de Apple Airport basisstations in dit verhaal? Ik beperk me even tot twee soorten: Airport en Airport Express (er zijn verschillende versies van het Airport basisstation maar de essentie is hetzelfde).
Een Airport Express is een vrij simpel basisstation: het heeft 1 netwerk-aansliuting. Hiermee kun je dus het signaal wat uit een modem komt, draadloos maken. Je kunt echter niet via de Airport Express draadloze en vaste computers op een modem aansluiten. Daarvoor heeft het geen aansluiting. Ondanks deze beperking biedt de Airport Express een extra functie, namelijk het draadloos overzenden van je iTunes muziek naar je stereo (die moet dan wel in de buurt van de Airport Express staan natuurlijk).
Voor de duidelijkheid: als je een multi-pc-modem hebt (met meerdere netwerk-aansluitingen erop) kun je natuurlijk wel vaste computers op het modem aansluiten en een Airport Express erop aansluiten. Dan geldt de zojuist genoemde beperking niet.
Het uitgebreidere basisstation is de Airport. Deze kan (afgezien van het alleroudste model) wel internet verdelen over vaste en draadloze computers. Er zit een ingang (wan aansluiting) en een uitgang (lan aansluiting) op. Ook op een modem met maar 1 netwerk-aansluiting kun je zo vaste en draadloze computers aansluiten. Als je meerdere vaste computers hebt zul je nog een hub nodig hebben. Dit is een klein, goedkoop kastje dat van 1 netwerk-aansluiting meerdere aansluitingen maakt.
keuze
Hoe nu te kiezen welk apparaat? Het hangt af van of je al een adsl modem hebt en welke functies je wilt gaan gebruiken.
Een goedkope oplossing is een wlan-modem-router. Die sluit je direct op je adsl-signaal aan en hij geeft zowel aansluitingen voor vaste computers als een draadloze verbinding.
Als je al een modem hebt, neem dan een wlan-router. Dit is hetzelfde maar dan zonder modem erin (logisch).
Natuurlijk zijn de Apple apparaten mooi en handig in gebruik (handiger dan de meeste van andere fabrikanten). Je hebt wel altijd een los modem nodig, die zit niet in een Airport (Express) ingebouwd.
Let erop dat je met een modem met 1 netwerk-aansluiting en een Airport Express geen vaste computers kunt aansluiten. Je hebt in dat geval dus minstens een multi-pc-modem of een Airport basisstation nodig.
instellingen
Als je de hardware hebt, moet je deze natuurlijk instellen. Het modem is normaal gesproken in te stellen via een ingebouwde web-pagina. Hiervoor koppel je het modem aan een computer (met een draadje) en je logt in op het modem. Hoe dit moet, en wat je voor jouw adsl-provider moet instellen, staat in de handleiding of is de vinden op de homepage van je provider of bijvoorbeeld op www.adslgebruikers.nl. Of zoek op internet naar adsl modem instellingen zonnet (bijvoorbeeld) om de instellingen voor zonnet te vinden.
Als de adsl verbinding eenmaal werkt (dit wordt meestal op het modem aangegeven met een lampje) kun je je draadloze netwerk instellen. Als je een Airport (Express) hebt gaat dit via je Mac met de bijgeleverde software. Als je een ander merk of een alles-in-een apparaat hebt, gaat het net als met het modem via een webpagina.
Je moet in ieder geval instellen:
- de naam van je netwerk (SSID)
- hoe je wilt dat het beveiligd is
Daarnaast hebben de meeste stations instellingen om het makkelijk te maken computers op het netwerk aan te melden. Door de DHCP functie aan te zetten, deelt het basisstation gegevens uit aan computers op het netwerk. Lekker makkelijk, dan hoef je op die computers enkel DHCP aan te zetten en het internet werkt.
De belangrijkste instelling op elke computer is het aanzetten van de draadloze verbinding (vaak gaat dit al automatisch) en het kiezen van het juiste netwerk (de naam die je eerder had ingesteld). Voor de rest wijst dit zich aardig vanzelf, volg voor pcs de handleiding die bij de netwerkkaart zit. Voor Macs ga je naar de systeemvoorkeuren -> netwerk en zorgt dat Airport aanstaat. Dan kun je daar de nodige instellingen aanzetten.
beveiliging
Tot slot nog een belangrijk punt: de beveiliging van je netwerk. Je wilt immers niet dat anderen zomaar je netwerkje kunnen gebruiken/misbruiken. Of dat je datalimiet opgaat omdat de buurjongen zit te downloaden via jouw internetverbinding. Daarom enkele begrippen:
SSID
Dit is de naam die je netwerk heeft. Het basisstation zendt regelmatig een signaal uit wie hij is. Hierdoor kunnen laptops het netwerk gemakkelijk vinden (de naam verschijnt vanzelf in het keuze menu). Dit is makkelijk, maar dat geldt natuurlijk ook voor anderen. Om je netwerk onzichtbaar te maken kun je het uitzenden van de naam uitzetten via de instellingen van het basisstation. Je moet dan wel op elke computer zelf de naam intypen om verbinding te kunnen maken.
Let op dat dit geen goede beveiliging is. Een leek kan je netwerk niet meer zien maar het is heel gemakkelijk om toch de naam te weten te komen als je er verstand van hebt (af en toe wordt de naam namelijk toch op een verborgen manier uitgezonden). Vertrouw dus niet enkel op het SSID voor beveiliging!
MAC-adres
Elke netwerkkaart heeft een unieke code. Apple noemt dit Airport ID maar het bestaat net zo goed voor pc-netwerkkaarten. Op de meeste basisstations kun je instellen welke computers (eigenlijk dus: welke netwerkkaarten) op het netwerk mogen. Door alleen je eigen computers toe te laten scherm je het netwerk af voor indringers. Dit is een aardige beveiliging maar voor kwaadwillenden is het nog steeds relatief eenvoudig om in te breken (door hun netwerkkaart zo te programmeren dat hij het nummer van jouw netwerkkaart nadoet).
WEP/WPA
Dit zijn echte beveiligingen. Het signaal dat tussen het basisstation en je computer loopt wordt versleuteld waardoor het niet meer afgeluisterd kan worden. En ook kunnen anderen niet zomaar meer op je netwerk.
WEP is een oudere standaard en gemakkelijker te kraken dan WPA. Voor thuisgebruik maakt dat niet zo gek veel uit maar voor zakelijk gebruik natuurlijk wel. Gebruik dus WPA als het aanwezig is, en anders WEP (bijvoorbeeld bij oude modellen Airport). Er zijn verschillende soorten WPA. Hoe meer bits hoe veiliger (kijk maar in de instellingen).
Voor elk van deze beveiligingen moet je een wachtwoord instellen op het basisstation en op elke computer. Hiermee worden de gegevens dan veilig verstuurd. Let op dat je het wachtwoord onthoudt als je later een computer wilt toevoegen (bijvoorbeeld voor iemand die op bezoek komt). En zorg dat het wachtwoord uit veel verschillende tekens bestaat (letters, cijfers, rare tekens) zodat het moeilijker te kraken is.
(Bewerkt door mvdg om 7:22, 16-11-2004)