Vanaf het moment dat de App Store op 10 juli 2008 het levenslicht zag zijn er discussies geweest over het toelaten van apps. In het begin ging het vooral over al te strikte regels, sindsdien steeds vaker of Apple niet nog meer kan doen aan kwaadwillende apps of imitaties van succesvolle apps.

Maar we horen nooit wat van de mensen die daar werken, tot nu toe Want Phillip Shoemaker heeft in een interview met Bloomberg een boekje open gedaan. En hij weet waar hij het over heeft, hij was jarenlang het hoofd van app reviews voor de App Store (zeven jaar lang, van 2009 tot 2016). Zijn verhaal laat zien dat dit geen makkelijke baan is, je moet tenslotte vaak hoopvolle ontwikkelaars teleurstellen.

You are what’s stopping an app from getting on the store and potentially making money for this developer to put food on the table and send their kids to school. It broke my heart every time I had to make those calls.

Hoe het proces werkt

In de begindagen van de App Stopre werd iedere app door drie personen beoordeeld. Maar omdat het op deze manier veel tijd in beslag nam werd dat na een tijdje één persoon. Daarbij legde Phil Schiller er de nadruk op dat mensen naar apps keken als geautomatiseerde tools, om zo beter te kunnen filteren. Maar Phillip Shoemaker geeft toe dat er ondanks dit proces toch nog veel rotzooi in de App Store terecht komt (“there’s a lot of stuff in the store that shouldn’t be there”).

In het begin werkte het team in een relatief kleine conferentie-kamer, natuurlijk met iPhones, iPads en Macs om de apps te testen. Reviewers kwamen ’s ochtends binnen, kozen tussen de 30 en 100 apps in een web tool en haalden ze op het device binnen om te testen. Sindsdien is het team gegroeid en wordt het werk nu in grotere en open werkruimtes gedaan.



Geen verschil, maar soms toch wel

Er werd door het team geen onderscheid gemaakt tussen grote en kleine ontwikkelaars, Phillip Shoemaker liet bijvoorbeeld vaak weten hoe slecht de apps van Facebook waren, ook op Twitter:

I was calling out Facebook all the time on Twitter. Even though they were one of these privileged developers, they had some of the worst code at the time.

Ook vertelt hij over het probleem voor Apple van verdringing door apps van derden. Zo wilde Google al vroeg de app Google Voice in de App Store hebben, maar waren ze bij Apple bezorgd dat mensen daar teveel aan zouden wennen, en Apple dus de tweede viool zou gaan spelen. Apple staat het in dat soort gevallen wel toe, maar alleen als hun eigen apps er ook zijn.

That was a real thing. I mean the fear that somebody would come along, a Facebook, a Google, whomever and wipe off and remove all of our items. Once they started using these other apps, they'd be thinking more about Google now.



Opvallend dat dit nu verteld wordt, want Apple ligt de afgelopen tijd onder vuur voor dit beleid, onder andere door de zaak die Spotify recent heeft aangespannen bij de EU. Of denk aan hoe lang het duurde voordat Steam Link eindelijk in de App Store beschikbaar kwam.

Phillip Shoemaker maakt zich in ieder geval zorgen over hoe Apple steeds meer de concurrentie aangaat met bestaande apps:

There is now a conflict as Apple goes into these spaces that are ripe with competition. I'm really worried about the competition.

Maandelijks trekt MacFreak meer dan 75.000 bezoekers, die hier gemiddeld ruim 4 minuten zijn. Al deze mensen zijn te bereiken door onder andere sponsoring, advertenties of pagelinks; de mogelijkheden daarvoor zijn op deze pagina te vinden.